Uit wetenschappelijk onderzoek weten we dat kinderen met een beperking, ontwikkelingsachterstand of (gedrags)stoornis een verhoogd risico lopen om slachtoffer te worden van kindermishandeling. Daar zijn diverse redenen voor.
Enerzijds kan het te maken hebben met de (over)belasting van ouders of opvoeders van kinderen met een handicap of gedragsstoornis. Het vergt al met al veel extra zorg, energie, geduld en flexibiliteit van ouders om zo’n kind groot te brengen. Het punt waarop de 'draaglast' van ouders niet meer in balans is met de 'draagkracht' is soms voor ouders van een kind met een handicap of gedragsstoornis eerder bereikt. Dan kan vermoeidheid, onmacht of frustratie van ouders de overhand krijgen.
Anderzijds is het kind vaak van jongs af aan gewend om veel meer hulp te accepteren, afhankelijk te zijn van volwassenen en veel minder ‘zeggenschap’ te hebben over eigen lijf en leden bijvoorbeeld. Dit maakt dat kinderen met een lichamelijke of verstandelijke handicap vaak minder weerbaar zijn en minder goed in staat zijn om de eigen (lichamelijke en emotionele) grenzen te bewaken. Zo lopen kinderen met een verstandelijke beperking bijvoorbeeld een verhoogd risico om slachtoffer te worden van seksueel misbruik.
Tenslotte zijn kinderen die ‘toch al lastig kunnen zijn’ als gevolg van hun psychiatrische stoornis (ADHD, ODD, autisme etc) extra vatbaar voor negatieve reacties uit hun omgeving. Dit maakt dat bijvoorbeeld een kleuter met ADHD een groter risico loopt om slachtoffer te worden van lichamelijke mishandeling en fysiek geweld.
Om te inventariseren welke risico- en beschermende factoren aanwezig zijn kunt u gebruik maken van een formulier risico- en beschermende factoren.