Het herkennen van signalen van kindermishandeling bij kinderen in het Speciaal Basisonderwijs en Speciaal Onderwijs
Kinderen en jongeren in het SBO en SO hebben een verhoogd risico om slachtoffer te worden van kindermishandeling. Dit hangt samen met de aanwezigheid van meer risicofactoren bij deze groep kinderen. Daarom is het extra van belang dat u als professional in het SBO en SO alert bent op signalen en dat u (indien nodig) aanvullende scholing/training krijgt in het herkennen, signaleren en handelen bij vermoedens van kindermishandeling.
Wat u moet doen:
-
Wanneer u een vermoeden van kindermishandeling of van huiselijk geweld signaleert, geeft u dat door aan de leerkracht van het kind of aan de IB-er / zorgcoördinator. U geeft daarbij aanduiding van de plaats en het soort mishandeling.
- Geef de door u geobserveerde signalen alléén door aan de IB-er / zorgcoördinator of eigen leerkracht van het kind. Bespreek deze niet met andere mensen.
- U overlegt met de IB-er / zorgcoördinator of leerkracht op welke wijze u specifiek kan observeren in of rondom de school.
De leerkracht of IB-er / zorgcoördinator volgt daarna bij een vermoeden van kindermishandeling het protocol.
De IB-er of zorgcoördinator is de centrale persoon als het gaat om vermoedens van kindermishandeling. Op sommige scholen is één van de IB-ers of zorgcoördinatoren ook specifiek benoemd als aandachtsfunctionaris kindermishandeling. Hij /zij overlegt met de betrokken leerkracht en roept het interne zorgteam bij elkaar. Het interne zorgteam maakt een plan met duidelijke afspraken.
(NB: Op sommige SO-scholen wordt het interne zorgteam anders genoemd, zoals bijvoorbeeld 'interne begeleidingscommissie', 'zorgoverleg' of 'zorgbespreking'.)