U bent:

Activiteitenbegeleider / Groepsbegeleider / Trajectbegeleider / ;Woonbegeleider / (Ambulant) hulpverlener / Creatief therapeut / Fysiotherapeut / Sociotherapeut / Psychomotorisch therapeut / Maatschappelijk werker / SPH-er / (Basis) psycholoog / Diëtist / Trainer / Coach / Cliëntvertrouwenspersoon:

Dat betekent dat u een signalerings- en bespreekverantwoordelijkheid hebt.

Kijk links in dit scherm en klik op de rode buttons voor de te volgen stappen.

 

Bij vermoedens van heeft u de plicht om hiervan melding te maken bij uw leidinggevende of directie.

Kijk ook bij wegwijzer kindermishandeling, huiselijk geweld en grensoverschrijdend gedrag waarbij mensen met een beperking slachtoffer zijn.

Dit handelingsprotocol is gebaseerd op- en in lijn met de KNMG meldcode en met de 'Handreiking Meldcode Kindermishandeling in de psychiatrie'. Ook is dit protocol in lijn met de meldcode van MEE-Nederland.

 

Signalering van kindermishandeling als grondhouding:

  • De stappen van het handelingsprotocol gaan in vanaf het moment dat er signalen zijn.  Signaleren wordt gezien als een belangrijk onderdeel van de beroepshouding van alle beroepskrachten die binnen de LVG / gehandicaptensector werkzaam zijn. Zo bezien is signalering geen stap in het stappenplan, maar een grondhouding die in ieder contact met cliënten wordt verondersteld. De stappen in het handelingsprotocol wijzen u de weg als u meent dat er signalen zijn van kindermishandeling, seksueel misbruik, huiselijk geweld of grensoverschrijdend gedrag van cliënten onderling.

Het communiceren over/bij vermoedens van kindermishandeling:

  • Bij uw beroepsprofiel hoort - naast signalering - ook de verantwoordelijkheid om vermoedens van kindermishandeling, seksueel misbruik of huiselijk geweld met ouders en kinderen of volwassen cliënten bespreekbaar te maken. Dit houdt in dat u uw vermoedens en signalen bespreekt met het interne (zorg)team binnen uw organisatie, dat u overlegt met (één of meer) deskundige collega's en/of dat u collegiaal advies vraagt bij Veilig Thuis. Na overleg met uw collega's / team kan besloten worden dat u zelf (of iemand anders of samen) het gesprek aangaat met het kind, de cliënt en/of de ouders, waarbij u uw zorgen bespreekbaar maakt.