In kaart brengen van signalen betekent:
-
Beschrijf wat u ziet en hoort.
-
Neem een “niet pluis-gevoel” serieus.
-
Onderbouw dit gevoel met feitelijke waarnemingen.
-
Maak eventueel gebruik van signalenlijsten (zie onder).
-
Breng ook in kaart wat er wél goed gaat en wat de krachten zijn van het gezin / cliëntsysteem.
-
Leg uw observaties vast op papier. Omschrijf zo feitelijk mogelijk om welke specifieke situaties het gaat waar u zorgen over hebt. Als er sprake is van letsel, vermeld dan de plaats en het soort letsel.
-
Wees voorzichtig. Het zien van signalen hoeft nog niet te betekenen dat er ook werkelijk sprake is van kindermishandeling of huiselijk geweld!
-
Trek niet te snel conclusies en ga niet interpreteren.
-
Overleg met een collega en/of bel met Veilig Thuis: vraag hulp bij het in kaart brengen of interpreteren van de signalen.
Belangrijk!
Wat u moet doen bij een acuut onveilige situatie:
- Wijzen de signalen overduidelijk op een acuut onveilige situatie? Kom dan direct in actie, nog vóór stap 2.
- Gaat het om een persoon of personen van 18 jaar of ouder?
- Bel dan direct met Veilig Thuis of met de politie!
- Gaat het om kind(eren) jonger dan 18 jaar?
- Neem direct contact op met Veilig Thuis
Tel Veilig Thuis: 0800-2000
Tel Politie: 0900-8844
Signalenlijsten:
-
Maak gebruik van de signalen lijsten. Klik op de knop 'signalen kindermishandeling' en 'signalen huiselijk geweld'.
-
Let op: Signalenlijsten zijn bruikbaar/zinvol, maar bieden ook een mate van schijnzekerheid.
-
De meeste signalen zijn stressindicatoren, die aangeven dat er iets met het kind aan de hand is. Stress kan ook door iets anders veroorzaakt worden, zoals echtscheiding, overlijden van een familielid, onzekerheid over verblijfsstatus etc.
-
Doel is niet om ‘bewijs’ te leveren van kindermishandeling of huiselijk geweld aan de hand van het ‘afvinken’ van een signalenlijst. Doel is wel om een vermoeden beter te kunnen onderbouwen.
-
Een goed beargumenteerd vermoeden is voldoende om in actie te komen!
Informatie vergaren en vastleggen:
-
Het in kaart brengen van signalen betekent dat alle bevindingen zo concreet en objectief mogelijk worden vastgelegd in het (cliënt)dossier.
-
Informatie kan verkregen worden via:
- bestaande dossiers
- navraag bij betrokkenen (ouders en zo mogelijk kind(eren), sociaal netwerk)
- andere professionals (mogelijk via de Verwijsindex Risicojongeren)
- observaties
- vragenlijsten of checklists
-
Maak eventueel gebruik van de Veiligheidschecklist (ontwikkeld door CJG Veenendaal).
De Kindcheck:
-
De Kindcheck is onderdeel van de Wet meldcode kindermishandeling & huiselijk geweld.
-
De Kindcheck houdt in dat alle professionals die met volwassen cliënten werken verplicht zijn om in bepaalde gevallen te onderzoeken of de volwassen cliënt minderjarige kinderen thuis heeft waar hij of zij voor zorgt.
-
Indien door de medische of psychische situatie of andere omstandigheden van de volwassen cliënt een risico bestaat op schade voor het kind(eren) waar hij/zij zorg voor draagt, dan moet de professional in actie komen.
-
Voorbeelden waarbij de Kindcheck geldt zijn: een ernstige (chronische) depressie van een vader/moeder, een zware verslaving van een vader/moeder, een (dreigende) huisuitzetting van een gezin, geweld tussen huisgenoten (volwassen partners met kinderen) of fysiek en psychisch geweld bij echtscheidingen waar kinderen bij betrokken zijn.
-
Heeft u - op basis van de signalen bij een volwassene - zorgen over de veiligheid van zijn/haar kind(eren)? volg dan stappen 4 en 5 van dit handelingsprotocol.
-
Leg vast in het dossier op basis van welke oudersignalen u zich zorgen maakt om de veiligheid van het kind.
Meer info over de Kindcheck vindt u hier.
Ouderenmishandeling: concrete handvaten voor signalering
Met de werkwijze 'Ouderen Veilig Thuis' krijgt u concrete handvaten om mishandeling en/of misbruik van ouderen te kunnen signaleren. Klik hier voor meer informatie.