Je moet altijd overleggen met een deskundig collega, aandachtsfunctionaris of Veilig Thuis.

  • Je neemt een signaal serieus, redeneert het niet weg, en bent je bewust van eigen emoties. Emoties als angst, boosheid, ongeloof worden op een professionele manier besproken en geanalyseerd in een gesprek met een collega of de aandachtsfunctionaris kindermishandeling/huiselijk geweld.
  • De vraag aan de collega(’s) is: “is er hier sprake van een ernstig opvoedingsprobleem of kindermishandeling of is er mogelijk een ander probleem of misschien wel helemaal geen probleem?”. Het gesprek dwingt je om de eigen gedachten te ordenen, om de argumenten te toetsen aan een andere mening en om samen met de collega een voorlopig plan op te stellen.
  • Ook informatie over andere kinderen in het gezin wordt betrokken bij de afwegingen.
  • Je neemt een signaal serieus, redeneert het niet weg, en je bent je  van eigen emoties. Emoties als angst, boosheid, ongeloof worden op een professionele manier besproken en geanalyseerd in een gesprek met een collega of de aandachtsfunctionaris kindermishandeling
  • De vraag aan de collega(’s) is: “is er hier sprake van een ernstig opvoedingsprobleem of kindermishandeling of is er mogelijk een ander probleem of misschien wel helemaal geen probleem?”. Het gesprek dwingt je om de eigen gedachten te ordenen, om de argumenten te toetsen aan een andere mening en om samen met de collega een voorlopig plan op te stellen.
  • De medewerker overlegt na signalering met de school en met de betrokken arts/verpleegkundige over de te voeren strategie en stappenplan.

Het vervolg van de signalering loopt via de protocollijn van de arts/verpleegkundige, mogelijk ook via het protocol van de school. Wanneer die vervolgens stappen onderneemt en met ouders in gesprek gaat, wordt er zorggedragen voor een goede terugkoppeling met de weerbaarheidtrainer/logopedist die de zorgen gemeld heeft.